Aan de totstandkoming van deze digitale encyclopedie wordt nog gewerkt.

Bevestiging van de Woenselse rechten

Uit De historische en eigentijdse encyclopedie van Eindhoven
Ga naar: navigatie, zoeken

De heer van Woensel bevestigt de Woenselse rechten

Op St.Jheronimusdag (30 september) 1472 confirmeerde(1) en ratificeerde(2) Jacob, graaf van Hoerne, heer van Althenae, van Cranendoncq en van Cortersheym, met goedvinden van zijn vader, die minderbroeder was geworden, en van zijn ooms en toeziende voogden Johan, graaf van Nassau en heer van Breda en Vincentius, graaf van Moers, alle goederen, privileges, kaarten, eigendomstitels, costuymen en gewoonten van de inwoners van Woensel, die zijn onderdanen waren.
Alvorens de officier (de schout) "enig recht sal mogen hanteren", diende hij de eed af te leggen en de onderstaande en andere privileges en rechten van de inwoners van Woensel te respecteren. Om geen afbreuk te doen aan de inhoud van deze rechten, zullen wij een letterlijke weergave geven van een notariële kopie van de akte uit 1661(3) en deze voorzien van noten waar dit nodig zal blijken.


TE WETEN:
1. dat die schepenen soelen moghen setten(4) kerckmeesteren, h.geestmeesters ende twee Geswooren, bij hoeren eyde ende nae hoenre besten goetduncken.

2. dat men nemanden van hoen, noch mannen noch frouwen, vur penninck broecken(5) inhelden setten en sal(6), die burghen(7) daervur hebben ende presenteren te setten, die guet genuech daervur sijn, sij en sijn niet recht verwonnen(8). Ende off men hierenboven iemant in gevanckenisse sette, die binnen drie uyren nae dien gevanckenisse gueden burghen brecht voor die selve broecken, soo en sal die gevangen(e) van dier gevanckenisse geyne oncosten gelden(9) behouwelyck die broecken in hoeren machten te blijven.

3. men sal onsen vorster sijnen provonde(10) geven, ind(11) all des hoem aengaet, gelijck men hoem van rechtswege schuldich is te doene.

4-. alle hop, die men tot Woenssel verkoupt, die sal men meten, te weten den herincktonnen vur eyn mudde, opgehoupt ende ongedouwet, ende die daer ingedaen mit eenen wanne(12) off mit eynen schoeben(13), daervan men den meter sal geven, gelijck men vur twelff ende twintich jaeren te doen pliecht.

5. den schouthet ofte sijnen stadthelder(14) sal sijnen dynckdach hoeden(15) ende genechten(16) houwen, ende bewaren, nae den inhouden mijns genedigen heeren 's hertogen inkomst.

6. so wes hout binnen Woenssel vercocht werdt ende blijft, sal men aen (ons) ende onsen nacomelingen (....)(17) aldaer dairvan doen, gelijcken boeven ende beneden bij den anderen smalen heren(18) doet.

7. soo tusschen onsen rentmeesteren in onsen name ende onsen ondersaeten vurs. stoet(19)geweest is ass van hoenen(20), die selve hoenre onse ondersaten ons jaerlijcx geldende sijn, soo is oeverdragen ende gesloeten,(21) dat men alle onse hoenre aldaer, die te bueck op erve niet en staen(22),-op erve te bueck setten sal.
Ende daervan sal onse rentmeester van elcken opsetten, nu in d'ierst hebben enen halven Bourguensen stuyver, ende desgelijcx van nu voortaen, alsoo duck(23) ende menich werven ass die erven besterven(24) oft mit koope verkocht worden, sullen sij oick daervan geven eynen halven stuyver, soo veurschreven staet.
Ind dess sal men alle jaer die vurs. hoenenen betaelen opden derden daghe nae den Cijnsdage, dat men den sonnendaghe daer te vooren inder kercken sal doen seggen. Ende soo wie dan, op denselven derden dach nae den Chijnsdage(25) niet en betaelden, die sal gebreuckt(26) hebben eynen alde stuyver aen onse rentmeester inden name der heylicheyt.

8. alle gueden, die tot Wuenssel liggen van allen saecken, den vroenten ende gemeynten aengaende, sullen gelijck gelden die derselver vroenten ende gemeynten gebruycken.

9. soo sal eyn iegelyck van hoen mogen poëten(27) tegen sijne erve bij den here ind bij den schepenen, gelijck anderen mijns genadige heren 's hertogen ondersaten ende sesselffs houts gebruycken in alder manieren oft of hours selffs erve gewassen waer.

10. wie sullen ouck die smaelthiende(28) alle jaer doen verthienden(29) op Sent Jans Avont Babtiste(30) te midsommere, oft binnen den naesten volgende acht dagen dairnae.

ENDE ALLE DINGEN SONDER ARGELIST !!


Noten:
1- confirmeren = bevestigen
2- ratificeren = bekrachtigen
3- A.N.D. nr. 1932 nr. 5
4- setten = aanstellen (in dit geval)
5- penninck broecken = financieel delict, misdrijf begaan
6- nemanden ... inhelden en setten sal = niemand vasthouden, gevangennemen
7- burgen (borgen) = zij die borg staan
8- verwonnen = veroordeeld
9- gelden = betalen
10- provonde (provende) = onderhoud, inkomsten
11- inde (unde, ende) = en
12- wanne = wan, werktuig om koren te scheiden van het kaf en strootjes
13- schoeben (schobben) = schop, schaaf
14- stadthelder = plaatsvervanger
15- -dynckdag hoeden = gerechtsdag houden
16- genechten = gerechtsdag
17- moeilijk te lezen: er staat "ass lien"
18- smalen heren = plaatselijke heren
19- stoet (stoot) = onenigheid, geschil twist
20- hoenen (hoenre,hoenenen) = hoender(s)
21- oeverdragen ende gesloeten = overeengekomen en besloten
22- op erve te bueck staen = geregistreerd staan op een bezit (erf)
23- duck = dikwijls
24- besterven = door dood bij erfrecht overgaan
25- chijnsdage = dag waarop cijnsen worden betaald
26- gebreuckt = verbeurd
27- poeten = poten
28- smaelthiende = smaltiende = kleine tiende
29- verthienden = de tiende verpachten
30- Sent Jans Avont Babtiste (te midsommere) = 23 juni

J.Th.M. Melssen

in 't Gruun Buukske 1977 en 1978