Aan de totstandkoming van deze digitale encyclopedie wordt nog gewerkt.

Goederen van de Abdij St. Truiden in Eindhoven: verschil tussen versies

Uit De historische en eigentijdse encyclopedie van Eindhoven
Ga naar: navigatie, zoeken
 
Regel 25: Regel 25:
  
 
J. Spoorenberg jr. en J.Th.M. Melssen<br />
 
J. Spoorenberg jr. en J.Th.M. Melssen<br />
in: ’t Gruun Buukske 1977, 35 en 36<br />
+
in: ’t Gruun Buukske 1977, 35, 36 en 75<br />
  
 
[[categorie: Zakelijk]]
 
[[categorie: Zakelijk]]
 
[[categorie: Geschiedenis]]
 
[[categorie: Geschiedenis]]

Huidige versie van 1 jul 2016 om 09:44

Goederen van St. Truiden in Eindhoven

Dat de abdij van St. Truiden rechten in Eindhoven bezat blijkt onder andere uit het register 6726 van het RHCe betreffende de cijnsgoederen van het genoemde klooster. Daarin lezen we, dat de monniken reeds in de 16e eeuw recht hadden op een jaarlijkse som van 29 guldens uit "het land van Eindhoven", waaronder werd verstaan Eindhoven, Cranendonk, Oerle, Vessem, Strijp, Schijndel, Oirschot, Hulsel, Maarheeze en Soerendonk.
Deze cijns werd daags voor of op het feest van Maria Geboorte (8 september) geïnd.
De abt of zijn afgevaardigden kwamen dan naar onze stad, waar ze door de heer werden vrijgehouden. De heer van Eindhoven moest bovendien nog 20 mud rogge en 18 mud gerst betalen uit de tienden van Stratum, die hij van St. Truiden in erfpacht bezat. Ook uit Woensel ontving het klooster nog tienden.
Tijdens de reformatie schijnen er moeilijkheden over deze rechten te zijn ontstaan, want in 1593 legden enkele oude lieden een verklaring af over de betalingen. Enkelen vertelden, dat dertig jaar daarvoor nog jaarlijks een delegatie uit St. Truiden naar Eindhoven kwam, die dan door de rentmeester van de graaf van Buren werd vrijgehouden. Alle leden van de delegatie ontvingen dan een paar trippen (schoeisel), de abt (of zijn vervanger) zelfs twee paar. Ook herinnerde men zich nog, dat men met een lampetkan met water naar de gezanten ging om hen te wassen en dat daarbij geld werd betaald. Men wist echter niet meer of dit een verplichting was. Een van de ondervraagden wist te vertellen, dat de tienden van Stratum vroeger aan de abdij van St. Truiden hadden toebehoord en dat deze tijdens de Gelderse oorlogen aan de graaf van Buren waren overgegeven.
In verband met het feit, dat de monniken trippen kregen aangeboden, werden de delegatieleden wel "trippers" genoemd.

Ook in het Archief van de Nassause Domeinen (Rijksarchief Den Bosch) komen we een extract tegen uit het cijnsboek van de Abdij van St. Truiden. Hierin worden cijnzen genoemd, die jaarlijks te Eindhoven op 8 september (Maria Geboorte) worden betaald. Aan de namen is te zien, dat deze rechten in ieder geval nog in de periode circa 1630 tot 1720 bestonden. De abt (of zijn vervanger) pleegt de avondmaaltijd op 8 september en het ontbijt op 9 september te gebruiken samen met de heer van Cranendonk (of zijn"vervanger) in "onse herberge als gewoonlijck".
Bij het ontbijt worden dan "over de tafel" uit de watermolen te Stratum 6 Leuvense guldens (=ƒ 5.9.3.), samen met een bedrag van ƒ 9.0.0. betaald. Van (de rentmeester van) het kapittel ontvangt de abt 5 deniers (of 1 stuiver Hollands geld) uit de rente van de vroegmis te Eindhoven en uit goederen te Schoot (Strijp), die in het bezit zijn van en gebruikt worden door (de rector van) het St. Barbara-altaar te Eindhoven.
Verder ontvangt de abdij van St. Truiden 1½ denier (= 1 penning) uit een akker naast de Zoe (Eindhoven/Woensel) en 6 deniers uit de helft van een akker te Woensel, die in het bezit is van (de rector van) het St. Cateleyne-altaar te Eindhoven.

In de rekening van H. van Someren aan de prelaat van St. Truiden over het jaar 1796(1) worden onder het "19e capittel" de koren- en gerstrenten te Eindhoven en de cijnsboeken vermeld:
1. de prins van Oranje "vergelt" jaarlijks een rente van 20 mud en 8 vaten rogge uit de molentiende van Eindhoven en Stratum 215.9.0
2. de prins van Oranje "vergelt" alsnog jaarlijks een rente van 18 mud en 5 vaten gerst uit ge. noemde tiende 198.18.0
3. de cijnsboeken van Hulsel, Eindhoven en Alem 25.0.0.

noot: 1) Rijksarchief Den Bosch, Commissie van Breda nr. 236.

Bronnen:
Regionaal Historisch Centrum Eindhoven R60 (afschrift).
Cijnsboek van de Abdij van St.Truiden, folio l, 4- verso en 12, zonder datum (1677-1720), waarvan extract in Archief Nassause Domeinen, nr 190.

J. Spoorenberg jr. en J.Th.M. Melssen
in: ’t Gruun Buukske 1977, 35, 36 en 75