Aan de totstandkoming van deze digitale encyclopedie wordt nog gewerkt.

Operatie Bodenplatte

Uit De historische en eigentijdse encyclopedie van Eindhoven
Versie door Jfmhusken (overleg | bijdragen) op 1 aug 2016 om 22:33 (Nieuwe pagina aangemaakt met '<big>'''Operatie Bodenplatte'''</big><br /> Een verrassingsaanval op nieuwjaarsdag 1945 op het vliegveld Eindhoven<sup>1</sup><br /> Op het einde van 1944 was het...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken

Operatie Bodenplatte
Een verrassingsaanval op nieuwjaarsdag 1945 op het vliegveld Eindhoven1

Op het einde van 1944 was het tempo waarin de Geallieerden de Duitse weermacht nederlagen toebrachten tijdelijk vertraagd door het Ardennenoffensief, één van de laatste wanhoopsaanvallen van het Duitse leger. Ook de Duitse luchtmacht, die steeds zwaardere klappen kreeg, was hierbij betrokken. Het Duitse jachtwapen, dat in de herfst van 1944 reeds aan zijn ondergang bezig was, gaf zich echter de doodsteek met de operatie 'Bodenplatte', die op 1 januari 1945 werd uitgevoerd met ca. 900 jachtvliegtuigen van het type Focke Wulf 190 en Messerschmitt Bf 109. Hierbij werden door 10 eskaders met totaal 33 jachtgroepen, gelijktijdig en omstreeks dezelfde tijd - op nieuwjaarsmorgen 1945 om ongeveer 9.20 uur - verrassingsaanvallen uitgevoerd op twaalf Belgische en vijf Nederlandse vliegvelden, waaronder Eindhoven en Heesch (codenamen B 78 en B 88).
De gehele tragedie duurde vier uur, waarin ca. 300 Duitse jachtvliegtuigen verloren gingen en ruim 150 piloten de vliegerdood vonden, neergeschoten door eigen of geallieerd afweervuur of in luchtgevechten met Britse jagers. De Duitse vliegers vernietigden of beschadigden in totaal 500 geallieerde vliegtuigen.

Een van de meest succesvolle verrassingsaanvallen bij deze operatie ' Bodenplatte' was de beschieting van het vliegveld Eindhoven. Toenmalige bewoners van Zeelst en Strijp zullen zich zeker nog wel herinneren, hoe in de vroege ochtend van de 1e januari 1945 het geweld losbarstte op en boven het vliegveld en de omgeving.
De eerste 'oudejaarsavond na de bevrijding van het Zuiden was zojuist met gepaste vreugde gevierd. Het oorlogsgeweld had zich einde 1944 meer naar het noorden en oosten verplaatst en men dacht al aan de komende eindoverwinning, toen de luchtalarmsirenes op de jonge nieuwjaarsmorgen hun sinistere tonen rondbliezen.
Hoe de Duitse luchtmacht met de laatste machtsmiddelen die nog over waren kans zag om de geallieerden flinke verliezen toe te brengen en welke organisatie zij hiervoor opzetten, is aan de hand van beschikbare documenten en interviews met vroegere jachtvliegers door Werner Girbig samengevat in zijn boek 'Start im Morgengrauen' (Motorbuchverlag, Stuttgart).

Operatie Bodenplatte
Op de late namiddag van de 31e december 1944 zijn de Duitse eskadercommandanten bij elkaar geroepen en worden hen de details medegedeeld van een nieuwe en alles omvattende actie, die de codenaam 'Bodenplatte' heeft gekregen. De piloten bij de verschillende jachtgroepen, die zich op de laatste dag van het jaar al voorbereiden op de viering van 'Silvesterabend' moeten van hun voornemen afzien, want de commandanten komen terug met strenge orders: uitgaansverbod, alcoholverbod en vroeg naar bed, want morgen is er actie. Het is nog donker als in de vroege nieuwjaarsmorgen het signaal weerklinkt om op te staan. Tegen 7.00 uur volgen verdere besprekingen voor de piloten die eerst nu de kaarten met de aanvalsdoelen onder ogen krijgen en informatie ontvangen over de te vliegen koersen en keerpunten. De Duitse luchtdoelartillerie is gewaarschuwd en voor alle vliegers geldt onverbiddelijke absolute radiostilte.
Om 8.30 uur start Oberstleutnant Bär, commandant van het 3e Jachteskader 'Udet' met de staf en de 1e Jachtgroep van het vliegveld Paderborn. Op dezelfde tijd starten 15 toestellen van het type Messerschmitt Bf 109 van het 10e, 11e en 12e Staffel in Lippspring, terwijl boven Gütersloh reeds 7 zwermen jagers van de 4e Jachtgroep in de lucht zijn. Even voor de start heeft men als verzamelpunt Lippstadt opgekregen en als doel het vliegveld Eindhoven, waarop volgens luchtwaarneming veel geallieerde Typhoons en Spitfires staan geparkeerd. Het gehele eskader jachtvliegtuigen, bestaande uit Focke Wulf FW 190 en Messerschmitt Bf 109 jagers, vliegt nu in westelijke richting op 'huisje-boompje-beestje-hoogte', dat is op ongeveer 20 tot 50 meter boven grondniveau.
Als loods fungeert een Ju-88 bommenwerper, die het 3e Jachteskader over de Rijn naar Brabant leidt. De 'Oude Azen' onder de jachtvliegers zijn nerveus. Dit hebben ze nog niet meegemaakt. Een ongewone rust, geen geluid, geen bevelen en absolute radiostilte.... wat zal de dag aan ellende brengen?
In langgerekte formatie vliegen de toestellen met ca. 200 meter afstand tussen de afzonderlijke staffels langs de noordkant van het Ruhrgebied. Ze passeren Dorsten als eerste punt en dringen ca. 25 km ten noorden van Venlo het Nederlandse gebied binnen, waar men vliegend over het vlakke Brabantse landschap, in het zuiden de stad Helmond kan zien liggen. Over de Sonse Heide zwenkt het eskader naar het zuiden en vliegt het in een wijde boog om Eindhoven heen om het vliegveld, dat tussen de straatweg Best-Tilburg en het dorp Zeelst ligt vanuit het zuidwesten aan te vallen. Een klein gedeelte van het eskader is intussen doorgevlogen om het vliegveld Gilze-Rijen te verrassen.
Intussen is men zich op het vliegveld Eindhoven van het naderend gevaar bewust geworden, echter te laat om de geëigende maatregelen te treffen. Er bevinden zich veel vliegtuigen op het veld o.a. acht squadrons Typhoons en drie squadrons Spitfires. Twee Typhoon-eenheden zijn reeds in de vroege morgen van de 1e januari gestart voor resp. een meteovlucht en een gewapende verkenningsvlucht. Een andere formatie is juist bezig met startvoorbereidingen, terwijl de typhoon van flt. It. Gibbons net loskomt van de startbaan als de hel losbreekt. Gibbons wordt, nadat hij nog kans heeft gezien boven het veld een FW 190 neer te schieten, door drie Messerschmitt 109 toestellen naar beneden gehaald.
Toch proberen om 9.10 uur nog een aantal Britse jagers te starten, maar er zitten nu 50 Duitse jagers als een paraplu boven het veld, waardoor dit geheel mislukt en de Typhoons van flt. It. Wilson en flt sgt. Burrows op de grond worden vernietigd. Hoewel deze Duits aanval een verrassende overrompeling is, slagen de Britse afweerbatterijen er toch in om na de eerste duikvluchten gericht afweervuur te geven, waardoor een formatieaanval niet meer mogelijk is. Niettemin kunnen de Duitse jagers individueel de Britse Typhoons en Spitfires die overal staan opgesteld met hun boordwapens doorzeven.
Overal brandt het nu op het vliegveld en een tankwagen die bij een in brand geschoten Mitchellbommenwerper staat, vliegt met luid geweld en oranje vlammen in de lucht. De felle aanval betekent een zwaar verlies voor de Typhoongroepen. Van de vier squadrons van de 124e Wing zijn nog slechts 24 toestellen over. Ook de Spitfire-eenheden hebben zware verliezen geleden. Van het 400e Squadron gaan vijf vliegtuigen door brand verloren en zijn vier anderen zwaar beschadigd. Het is een zwaar verlies voor de 2e Tactical Airforce, die hiermee een gehele groep Canadese Typhoons kwijt is en een aantal Spitfires.
Intusssen zijn de Typhoons die reeds vroeg in de morgen waren gestart, van hun opdracht teruggekomen. Boven Eindhoven zien ze een groep van twintig Duitse jagers en sq.l. Wonnacotte begeeft zich direct in de aanval, waarbij hij twee Messerschmitt's neerhaalt. Verschillende individuele luchtgevechten spelen zich af boven Eindhoven en omgeving, waarbij vriend en vijand gevoelige klappen krijgen. Commandant Bär, die een Focke Wulf FW 190-A9 vliegt, schiet een Typhoon neer en brengt hiermee zijn totale score op 204. Na een aanvalsduur van ruim twintig minuten, vliegen de laatste Duitse jagers weg naar het oosten, waarbij zij op het vliegveld Eindhoven een schroothoop achterlaten van brandende vliegtuigwrakken en legerwagens.

In het geheel genomen is de aanval op het vliegveld Eindhoven de meest succesvolle geweest van de operatie 'Bodenplatte', ofschoon de verliezen hoog waren. Behalve op het vliegveld Eindhoven werd op 1 januari 1945 ook een aanval uitgevoerd op het 15 km ten noorden van Volkel gelegen vliegveld Heesch, waar vijf Spitfire-squadrons waren gestationeerd. Deze aanval was echter geen succes. De Britten brachten met hun luchtdoelgeschut en met de toevallig in de lucht zijnde jagers gevoelige verliezen toe aan de Duitsers, die hierdoor van hun aanval op Volkel moesten afzien.
Ook boven de andere aangevallen velden in Nederland en België speelden zich dezelfde wrede taferelen af. De waanzinnige Duitse luchtaanvallen kostten alleen al aan 150 Duitse piloten het leven. Het verlies aan geallieerde mensenlevens is niet bekend, maar zal ook wel flink zijn geweest. Daarnaast was er het verlies aan toestellen, alleen al op het Eindhovense veld waren dat er ca. 90.
Operatie 'Bodenplatte' die bedoeld was om het Duitse luchtoverwicht, dat bij de invasie verloren was gegaan, weer terug te winnen, betekende de ondergang van het Duitse jachtwapen, dat de slag niet meer te boven is gekomen. Slechts in kleine groepen heeft men tot aan de snelle ineenstorting in mei 1945 nog ondersteunende aanvallen kunnen doen, totdat het voor iedereen afgelopen was en de vrede, aarzelend en onwennig, de bazuin blies over de dode vliegers en de vernielde toestellen.

noten:
1. Dit verhaal werd eerder gepubliceerd in INFO, het personeelsblad van de Vliegbasis Eindhoven, 13e jaargang nr 1, 1 januari 1975. Het verhaal van de 'Operation Bodenplatte' was toen juist daarvoor gepubliceerd in het boek Start im Morgengrauen'.

A. Ceelen
in: ’t Gruun Buukske 1990, 70