Aan de totstandkoming van deze digitale encyclopedie wordt nog gewerkt.
Louis Bovy: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 19: | Regel 19: | ||
[[Categorie:Mensen]] | [[Categorie:Mensen]] | ||
[[categorie:Handel en industrie]] | [[categorie:Handel en industrie]] | ||
[[categorie:Fabrikanten]] | |||
[[categorie:Hoedenfabrikanten]] | [[categorie:Hoedenfabrikanten]] |
Huidige versie van 20 aug 2015 om 19:49
Louis Pascal Bovy, hoedenfabrikant en winkelier
- Spa België 15 april 1781
†onbekend
Zoon van Jean Joseph Bovy, wijnkoopman en Mary Elisabeth Dagly, koopvrouw.
Ook historici kunnen zich wel eens vergissen. Bekend is hoe het Koepelgravenvolk door een foutje van de bekende archeoloog Holwerda omstreeks 1910 een plaatsje in de Vaderlandse(pré-)historie kreeg en - ondanks het feit dat Van Giffen het al enkele jaren later kon terugverwijzen naar het Rijk der Fabelen - tientallen jaren tot de verplichte leerstof op de scholen zou behoren. Ook in de Eindhovense geschiedenis kennen we een geval van een historische vergissing, zij het dat deze vergissing in het niet valt vergeleken bij het bovenstaande voorbeeld.
In 1950 verscheen in de bundel Oud-Eindhoven een artikel over de Eindhovense linnenindustrie 1. Daarin werden enkele vreemdelingen genoemd die in de Eindhovense industrie werkzaam waren geweest. Een van hen was Louis Bovy uit Spa. Het bijzondere van deze man was, dat hij in het bevolkingsregister van 1814 stond aangeduid als "directeur van het fabriek". Voor iemand die een beetje op de hoogte was van de economische geschiedenis van Eindhoven - en de schrijver was dat zelfs een héél beetje - was het niet moeilijk om te raden welke fabriek in Eindhoven in 1814 met de naam HET fabriek kon zijn aangeduid. Dat kon alleen maar het bedrijf van J.Th. Smits & Zn zijn, dat groter was dan alle andere samen. Maar dat betekende dan tegelijk een interessante vondst: Smits had blijkbaar een technicus uit Spa aangetrokken voor de leiding van de productie!
Over de geschiedenis van de handel en nijverheid in Eindhoven gedurende de eerste helft van de vorige eeuw is lange tijd weinig bekend geweest. Het is dan ook begrijpelijk, dat L. Bovy nadat hij eenmaal "ontdekt" was, ook door andere schrijvers bij voorkomende gelegenheden met graagte werd aangehaald. Helaas echter ten onrechte. Louis Bovy heeft nooit bij Smits gewerkt, want hij was hoedenmaker van zijn vak. In het "registre civique" van 1810 staat hij dan ook keurig als "chapelier" vermeld. Uit het bevolkingsregister uit hetzelfde jaar blijkt, dat hij bij Th. van Bree woonde, de weduwe van A. van der Schoot, die hoedenfabrikante was. L. Bovy is in dit laatste register ingeschreven als "directeur d'une fabrique".Ongetwijfeld was hij toen al bedrijfsleider bij de weduwe Van Bree. In het bevolkingsregister van 1814 staat dit er in feite ook. Maar door een ongelukkig toeval was de pagina vol nadat Th. van Bree was ingeschreven, waardoor het verband tussen de "fabrikante" en de "directeur van het fabriek" op de volgende pagina zoek raakte.
Louis Bovy bleef geen vrijgezel. In 1822 huwde hij met Johanna Zegers 2, die toen koffiehuishoudster was. Louis Bovy noemde zich toen nog hoedenfabrikant. Daarna veranderde hij echter van beroep, want in het bevolkingsregister van 1829 staat hij als winkelier vermeld 3.
Noot 1: F.B.A.M. Verhagen, Uit de geschiedenis der Eindhovense Linnen-industrie, in: Oud Eindhoven, H.Mandos en A.D. Kakebeeke (red) 1950.
Noot 2: Johanna was op 6-11-1786 geboren in Eindhoven, dochter van Arnoldus Zegers (ovl 1804) en Willemina van de Moosdijk (ovl 1805). Zij was de weduwe van herbergier Cornelis van der Schoot, die in 1819 op 39-jarige leeftijd was overleden.
Noot 3: waar zijn naam als “Bovie” wordt geschreven.
J. Spoorenberg, ’t Gruun Buukske 1982