Aan de totstandkoming van deze digitale encyclopedie wordt nog gewerkt.

Kegelen bij Apollo's Lust aan de Vestdijk: verschil tussen versies

Uit De historische en eigentijdse encyclopedie van Eindhoven
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 7: Regel 7:
In juli 1893 organiseerde de vereniging een huishoudelijk kegelconcours waaraan 35 kegelaars deelnamen. Gezien het grote aantal deelnemers is het onwaarschijnlijk dat alleen leden van de kegelclub van de partij zijn geweest, eerder is aan te nemen, dat ook andere leden van sociëteit Apollo's Lust de uitdaging hebben aangenomen.<br />
In juli 1893 organiseerde de vereniging een huishoudelijk kegelconcours waaraan 35 kegelaars deelnamen. Gezien het grote aantal deelnemers is het onwaarschijnlijk dat alleen leden van de kegelclub van de partij zijn geweest, eerder is aan te nemen, dat ook andere leden van sociëteit Apollo's Lust de uitdaging hebben aangenomen.<br />
Nog in 1896 is sprake van het 'jaarlijks huishoudelijk kegelconcours' waaraan toen veertig mensen deelnamen. De naam van de kegelclub wordt dan niet meer genoemd. Het is ook onwaarschijnlijk dat die toen nog bestond, want nadat in 1899 door werkende leden van de sociëteit de nieuwe kegelclub 'Onder Ons' was opgericht, schreef de krant, dat het kegelspel in Eindhoven eenmaal trouw werd beoefend, maar inmiddels reeds jaren in verval was. Een van de leden van ‘Onder Ons’ was Jos Stumpers, die kantoorbediende van zijn vak was; hij was in 1876 geboren als zoon van een winkelier. Ook zijn drie jaar jongere broer Mathieu was lid van Onder Ons; hij was bankbediende en zou later procuratiehouder worden bij de Amsterdamse Bank. Jos van Lierde was geboren in 1876; hij zou opklimmen tot procuratiehouder bij de N.V. Picus.<br />
Nog in 1896 is sprake van het 'jaarlijks huishoudelijk kegelconcours' waaraan toen veertig mensen deelnamen. De naam van de kegelclub wordt dan niet meer genoemd. Het is ook onwaarschijnlijk dat die toen nog bestond, want nadat in 1899 door werkende leden van de sociëteit de nieuwe kegelclub 'Onder Ons' was opgericht, schreef de krant, dat het kegelspel in Eindhoven eenmaal trouw werd beoefend, maar inmiddels reeds jaren in verval was. Een van de leden van ‘Onder Ons’ was Jos Stumpers, die kantoorbediende van zijn vak was; hij was in 1876 geboren als zoon van een winkelier. Ook zijn drie jaar jongere broer Mathieu was lid van Onder Ons; hij was bankbediende en zou later procuratiehouder worden bij de Amsterdamse Bank. Jos van Lierde was geboren in 1876; hij zou opklimmen tot procuratiehouder bij de N.V. Picus.<br />
 
[[bestand:Kegelvereniging Vol Moed 1925.jpg|thumb|left|500px|Kegelvereniging Vol Moed, hier voor de camera in 1925. (''uit 't Gruun Buukske 1990'')]]
In 1903 organiseerde Onder Ons een concours op de baan van Apollo's Lust. Het werd een groot feest. Bij de opening speelde de harmonie, waarna de voorzitter zijn woordje deed en tenslotte de burgemeester, die tot erevoorzitter was benoemd, de wedstrijden voor geopend verklaarde. Het concours duurde van 7 juni tot 6 juli. Op de voorlaatste dag zouden een kleine dertig clubs aan de sportieve strijd hebben deelgenomen. Er waren korps-, vrijebaan-, personele en serie personele wedstrijden, terwijl er ook werd gestreden om de koningstitel. Bij de korpswedstrijden vielen 22 teams in de prijzen. Daaronder waren niet alleen Brabantse verenigingen uit Tilburg, Breda, Roosendaal, Den Bosch en Oss, maar ook spelers uit Nijmegen, Amersfoort en Rotterdam.<br />
In 1903 organiseerde Onder Ons een concours op de baan van Apollo's Lust. Het werd een groot feest. Bij de opening speelde de harmonie, waarna de voorzitter zijn woordje deed en tenslotte de burgemeester, die tot erevoorzitter was benoemd, de wedstrijden voor geopend verklaarde. Het concours duurde van 7 juni tot 6 juli. Op de voorlaatste dag zouden een kleine dertig clubs aan de sportieve strijd hebben deelgenomen. Er waren korps-, vrijebaan-, personele en serie personele wedstrijden, terwijl er ook werd gestreden om de koningstitel. Bij de korpswedstrijden vielen 22 teams in de prijzen. Daaronder waren niet alleen Brabantse verenigingen uit Tilburg, Breda, Roosendaal, Den Bosch en Oss, maar ook spelers uit Nijmegen, Amersfoort en Rotterdam.<br />
Bij de korpswedstrijden ging de eerste prijs naar Den Bosch, de Eindhovense teams Weg dien Bal, Hoe is het Mogelijk I en Hoe is het Mogelijk II wonnen respectievelijk de 7e, 13e en 22e korpsprijs. Dit laatste team won daarnaast nog de negenprijs (met vier negens) terwijl ook de koekoeksprijs door Hoe is het Mogelijk werd gewonnen. Dokter C.E. Schröder uit Eindhoven mocht het gouden koningskruis mee naar huis nemen.<br />
Bij de korpswedstrijden ging de eerste prijs naar Den Bosch, de Eindhovense teams Weg dien Bal, Hoe is het Mogelijk I en Hoe is het Mogelijk II wonnen respectievelijk de 7e, 13e en 22e korpsprijs. Dit laatste team won daarnaast nog de negenprijs (met vier negens) terwijl ook de koekoeksprijs door Hoe is het Mogelijk werd gewonnen. Dokter C.E. Schröder uit Eindhoven mocht het gouden koningskruis mee naar huis nemen.<br />

Versie van 26 jun 2016 17:59

Kegelen bij Apollo’s Lust

Wedstrijdformulier van de Eindhovense Kegelbond voor een wedstrijd op een van de banen van Apollo's Lust. (uit 't Gruun Buukske 1990)

In 1881 is er in Eindhoven sprake van een overdekte kegelbaan en wel in het dan nog nieuwe gebouw van Harmonie Apollo's Lust aan de Vestdijk. Er is daarna ook sprake van concoursen, maar aanvankelijk blijkt nog uit niets van het bestaan van een kegelclub.

Die kwam er vermoedelijk pas in 1893. Vereeniging De Bouwkundige Vakken had toen Sociëteit Apollo's Lust aangeboden op voordelige condities een nieuwe en betere baan aan te leggen. De sociëteit besloot het benodigde geld bij elkaar te brengen door aandelen van tien gulden uit te geven. Aandeelhouders werden automatisch lid van de op te richten kegelclub, die 'Houdt 'm er op' werd gedoopt. De overige leden van Apollo's Lust konden lid worden tegen betaling van een contributie. Het eerste bestuur van nieuwe vereniging bestond uit de sigarenfabrikant , , en het . Het lijkt erop, dat in 1893 bij Apollo's Lust maar één baan is gelegd.

De twee Eindhovense kegelclubs uit de jaren negentig bestonden uit leden van Sociëteit Apollo's Lust; deze waren afkomstig uit een brede bovenlaag van de Eindhovense bevolking. Van ‘Houdt 'm er op’ kennen we alleen de namen van drie bestuursleden; sigarenfabrikant J. de Vlam , apotheker J. Rijken en rentenierend raadslid J. Pijpers.
In juli 1893 organiseerde de vereniging een huishoudelijk kegelconcours waaraan 35 kegelaars deelnamen. Gezien het grote aantal deelnemers is het onwaarschijnlijk dat alleen leden van de kegelclub van de partij zijn geweest, eerder is aan te nemen, dat ook andere leden van sociëteit Apollo's Lust de uitdaging hebben aangenomen.
Nog in 1896 is sprake van het 'jaarlijks huishoudelijk kegelconcours' waaraan toen veertig mensen deelnamen. De naam van de kegelclub wordt dan niet meer genoemd. Het is ook onwaarschijnlijk dat die toen nog bestond, want nadat in 1899 door werkende leden van de sociëteit de nieuwe kegelclub 'Onder Ons' was opgericht, schreef de krant, dat het kegelspel in Eindhoven eenmaal trouw werd beoefend, maar inmiddels reeds jaren in verval was. Een van de leden van ‘Onder Ons’ was Jos Stumpers, die kantoorbediende van zijn vak was; hij was in 1876 geboren als zoon van een winkelier. Ook zijn drie jaar jongere broer Mathieu was lid van Onder Ons; hij was bankbediende en zou later procuratiehouder worden bij de Amsterdamse Bank. Jos van Lierde was geboren in 1876; hij zou opklimmen tot procuratiehouder bij de N.V. Picus.

Kegelvereniging Vol Moed, hier voor de camera in 1925. (uit 't Gruun Buukske 1990)

In 1903 organiseerde Onder Ons een concours op de baan van Apollo's Lust. Het werd een groot feest. Bij de opening speelde de harmonie, waarna de voorzitter zijn woordje deed en tenslotte de burgemeester, die tot erevoorzitter was benoemd, de wedstrijden voor geopend verklaarde. Het concours duurde van 7 juni tot 6 juli. Op de voorlaatste dag zouden een kleine dertig clubs aan de sportieve strijd hebben deelgenomen. Er waren korps-, vrijebaan-, personele en serie personele wedstrijden, terwijl er ook werd gestreden om de koningstitel. Bij de korpswedstrijden vielen 22 teams in de prijzen. Daaronder waren niet alleen Brabantse verenigingen uit Tilburg, Breda, Roosendaal, Den Bosch en Oss, maar ook spelers uit Nijmegen, Amersfoort en Rotterdam.
Bij de korpswedstrijden ging de eerste prijs naar Den Bosch, de Eindhovense teams Weg dien Bal, Hoe is het Mogelijk I en Hoe is het Mogelijk II wonnen respectievelijk de 7e, 13e en 22e korpsprijs. Dit laatste team won daarnaast nog de negenprijs (met vier negens) terwijl ook de koekoeksprijs door Hoe is het Mogelijk werd gewonnen. Dokter C.E. Schröder uit Eindhoven mocht het gouden koningskruis mee naar huis nemen.

In 1904 is sprake van de ingebruikname van een tweede teakhouten baan.
Bij Apollo's Lust was in 1925 op de plaats van de oude banen een geheel nieuw kegelhuis opgetrokken met drie banen. Nadat het complex in 1928 door de harmonie was verkocht, had het er aanvankelijk naar uitgezien, dat het kegelhuis in het voorjaar van 1929 gesloten zou worden. Dat gebeurde echter niet. In 1934 speelden hier Alles Um, Onder Ons, 't Valt Niet Mee, Holland en Vol Moed. Deze laatste club is de nog steeds bestaande damesvereniging; afgaande op oude statuten uit 1928 zou ze in 1924 zijn opgericht. Dit is ook in overeenstemming met de viering van de eerste verjaardag in 1925 en de eerste strijd om de koninginnetitel dat jaar. Dat al in 1938 een concours werd georganiseerd om het 15-jarig bestaan te vieren, zou dan een vergissing kunnen zijn geweest. Overigens bestaat binnen de vereniging een oude overlevering die zegt, dat de vereniging al in 1920 is opgericht. En dat jaar houden de leden ook aan.
De oorlog zou voor de Eindhovense Bond een zware slag betekenen. De banen bij Apollo's Lust waren tijdens de oorlog verwoest. Vermoedelijk heeft alleen de damesclub Vol Moed steeds door kunnen spelen op de banen van Concordia, ook toen het horecabedrijf aan de Markt gesloten was. In de wintermaanden brachten de leden van thuis kolen mee om het potkacheltje te stoken.
Veel clubs spelen in de tweede helft van de twintigste eeuw in Helmond, want in Eindhoven is het bar slecht gesteld met de kegelbanen en dat is bepaald geen stimulans voor de mooie, oude kegelsport. (Voor kegelaars geldt: In Eindhoven's binnenstad daar gebeurt tenminste wat: kegelaars nemen er de trein naar Helmond...)

Bronnen:
-Kranten waren een belangrijke bron voor het schrijven van dit stukje lokale geschiedenis. Helaas laat de pers het echter in de naoorlogse periode wat afweten als het gaat om minder beoefende sporten zoals kegelen; als de Bond haar archief niet goed bijhoudt, zal het in de toekomst wel eens erg moeilijk kunnen worden om terug te blikken.
-Behalve in de kranten vond ik interessante informatie in het archief van Onder Ons. Toen deze club in de jaren dertig insliep, was P. Vermeeren er jarenlang secretaris van geweest. Zijn zoon K. Vermeeren heeft het secretariaatsarchief in 1981 aan het gemeentelijk archief geschonken.
-Voor de algemene informatie maakte ik gebruik van het Handboek voor de Kegelsport door J. Laarman (Brummen z.j.). -Het artikel Volksgebruiken en Gewoonten door P.N. Panken in het tijdschrift Volksleven.
-De bijdrage van L. de Wolf in de Sport-Encyclopedie.
-Informatie van kegelaarsters en kegelaars uit Eindhoven e.o. Allereerst de leden van Vol Moed, die een kegelavond opofferden om over het verleden te kunnen praten, en verder aan de heer en mevrouw J.A. Derkx en de heren F.L.J. Gosen, H.A. Janssen, P.J. Kusters, en W.M.J. Kuijpers.

J. Spoorenberg
in: ’t Gruun Buukske 1990,86