Aan de totstandkoming van deze digitale encyclopedie wordt nog gewerkt.
Textielindustrie in de 19e eeuw in Tongelre: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 15: | Regel 15: | ||
J. Spoorenberg<br /> | J. Spoorenberg<br /> | ||
in: ’t Gruun Buukske 1980-57<br /> | in: ’t Gruun Buukske 1980-57<br /> | ||
[[Categorie:Mensen]] | |||
[[categorie:Handel en industrie]] | |||
[[categorie:Textielindustrie]] |
Huidige versie van 20 aug 2015 om 20:33
De Tongelrese textielindustrie in de eerste helft van de 19e eeuw
Hierna volgt een zeer summiere opsomming van de textielnijverheid in Tongelre. Omdat er niet veel meer over bekend is.
Het overzicht begint erg negatief. Noch in de Beschreeve Staat van de Meijerije (1), noch in Hanewinkel, noch in Van de Graaff(2) wordt over de Tongelrese textielnijverheid gerept. Een bevolkingsregister uit 1810 is er niet en in een stemregister uit dat jaar staan noch fabrikeurs, noch wevers ingeschreven. In de “tabel van de klassificatie der grondeigendommen”, een van de bescheiden die zijn opgemaakt bij de invoering van het kadaster, wordt in de vier dorpen rond Eindhoven na de landbouw en de veehouderij steeds op de textielnijverheid gewezen als een belangrijke bron van bestaan. In Tongelre is dat niet het geval.
Toch blijkt uit het bevolkingsregister van 1830, dat er 25 wevers en 34 spinsters (waaronder 9 wolspinsters) in het dorp woonden(3). In 1850 was het aantal wevers tot ruim 60 gestegen, maar het aantal spinsters tot 27 gedaald. Ter vergelijking: in 1831 woonden in Tongelre 810 mensen en in 1850 803, terwijl Strijp in 1830 1031 inwoners telde en 1057 in 1850 (3).
Alles bijeen kunnen we concluderen, dat de textielnijverheid in Tongelre duidelijk minder belangrijk was dan in de vier andere dorpen, maar dat ze met name voor de periode na 1830 zeker niet veronachtzaamd mag worden.
Fabrikeurs schijnen er in Tongelre geen te hebben gewoond.
Noten:
1- Historia Agricultura, deel VIII, Groningen. Beschreeve Staat van de Meijerije (1794). - Den geheelen Staat van de gantsche Meijerije van 's-Hertogenbosch (1657), C. van Breugel , 1965.
2- Servaas van de Graaf: Historisch-statistische beschrijving der stad en meijerij van 's-Hertogenbosch, met kaarten, platen, plans en tabellen, Amsterdam 1807.
3- Tabellen, aanwezig in bibliotheek van het RHCe.
N.B. Mevrouw P. de Haas-v.d. Boer heeft de aantallen spinsters, wevers enz. uit de bevolkingsregisters van Tongelre vergaard. Als U de registers kent, zult U begrijpen, dat de tellingen haast onmogelijk overeen kunnen komen met de werkelijke aantallen. De cijfers zullen de waarheid dicht benaderen en geven daarom een goede indruk van het belang van de textielnijverheid.
J. Spoorenberg
in: ’t Gruun Buukske 1980-57