Aan de totstandkoming van deze digitale encyclopedie wordt nog gewerkt.
Filatelieverenigingen: verschil tussen versies
(Nieuwe pagina aangemaakt met '<big>'''Schaarse gegevens over vroege Eindhovense filatelisten'''</big><br /> De eerste postzegels werden in 1840 in Engeland gedrukt.<br /> In 1852 kregen ook de...') |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 8: | Regel 8: | ||
Over de verzamelaars zelf kunnen we pas iets lezen in een krant uit 1893. Op 9 februari van dat jaar werd in het Haagsch Koffiehuis op de Markt voor het eerst een postzegelbeurs gehouden. Mede door de aanwezigheid van de heer Stams, een van de belangrijke verzamelaars die Nederland toen kende, werd de beurs een groot succes. De aanwezigen besloten daarom voortaan elke eerste maandag van de maand zo'n beurs te organiseren. Volgens de krant was ook de tweede, begin maart, druk gezocht. Zowel dames als heren dreven er een levendige ruilhandel.<br /> | Over de verzamelaars zelf kunnen we pas iets lezen in een krant uit 1893. Op 9 februari van dat jaar werd in het Haagsch Koffiehuis op de Markt voor het eerst een postzegelbeurs gehouden. Mede door de aanwezigheid van de heer Stams, een van de belangrijke verzamelaars die Nederland toen kende, werd de beurs een groot succes. De aanwezigen besloten daarom voortaan elke eerste maandag van de maand zo'n beurs te organiseren. Volgens de krant was ook de tweede, begin maart, druk gezocht. Zowel dames als heren dreven er een levendige ruilhandel.<br /> | ||
'''Eindhovensche Postzegelclub'''<br /> | |||
Op bescheiden schaal speelde Eindhoven dat jaar ook landelijk haar rol mee. Op 10 mei 1893 berichtte de Peel- en Kempenbode, dat de bekende verzamelaar P. Raijmakers uit Stratum op de tentoonstelling in Utrecht was bekroond met de tweede prijs klasse D (diploma), "zijnde de inzendingen met het grootste aantal zeldzame zegels".<br /> | Op bescheiden schaal speelde Eindhoven dat jaar ook landelijk haar rol mee. Op 10 mei 1893 berichtte de Peel- en Kempenbode, dat de bekende verzamelaar P. Raijmakers uit Stratum op de tentoonstelling in Utrecht was bekroond met de tweede prijs klasse D (diploma), "zijnde de inzendingen met het grootste aantal zeldzame zegels".<br /> | ||
Op 16 augustus van dat jaar belegden veertien dames en heren uit Eindhoven en omgeving in het koffiehuis een vergadering om te praten over de oprichting van een postzegelclub. Zo'n vereniging bood meer voordelen dan een beurs. Ze zou in contact kunnen treden met andere verenigingen in binnen- en buitenland. Over en weer zouden collecties doubletten kunnen worden toegezonden, die onder de leden zouden kunnen circuleren.<br /> Men besloot een commissie van drie leden samen te stellen om een conceptreglement op te stellen. Leden daarvan werden de wijnhandelaar P. Raijmakers, de landmeter C. Bingen (die op andere gebieden, zoals in de gymnastiekbeoefening, ook al actief was) en de linnenfabrikant C. Beukers.<br /> | Op 16 augustus van dat jaar belegden veertien dames en heren uit Eindhoven en omgeving in het koffiehuis een vergadering om te praten over de oprichting van een postzegelclub. Zo'n vereniging bood meer voordelen dan een beurs. Ze zou in contact kunnen treden met andere verenigingen in binnen- en buitenland. Over en weer zouden collecties doubletten kunnen worden toegezonden, die onder de leden zouden kunnen circuleren.<br /> Men besloot een commissie van drie leden samen te stellen om een conceptreglement op te stellen. Leden daarvan werden de wijnhandelaar P. Raijmakers, de landmeter C. Bingen (die op andere gebieden, zoals in de gymnastiekbeoefening, ook al actief was) en de linnenfabrikant C. Beukers.<br /> | ||
Regel 14: | Regel 15: | ||
Tijdens de jaarvergadering van 1896 werd het aftredend bestuur herkozen. Dat bestond toen uit B. Flander, die directeur van de gasfabriek was, P. Raijmakers en de rijkstelegrafist C. Wijffels.<br /> | Tijdens de jaarvergadering van 1896 werd het aftredend bestuur herkozen. Dat bestond toen uit B. Flander, die directeur van de gasfabriek was, P. Raijmakers en de rijkstelegrafist C. Wijffels.<br /> | ||
Hoelang de in 1896 zo bloeiende vereniging heeft bestaan, is niet bekend. De heer G. Raijmakers, die een zoon is van de genoemde verzamelaar, bezit nog wat poststukken die zijn vader heeft bewaard om de postzegels. Uit de adresseringen blijkt, dat P. Raijmakers in 1893 secretaris van de vereniging was. Uit 1900 is een kaart bewaard, die gericht is aan C. | Hoelang de in 1896 zo bloeiende vereniging heeft bestaan, is niet bekend. De heer G. Raijmakers, die een zoon is van de genoemde verzamelaar, bezit nog wat poststukken die zijn vader heeft bewaard om de postzegels. Uit de adresseringen blijkt, dat P. Raijmakers in 1893 secretaris van de vereniging was. Uit 1900 is een kaart bewaard, die gericht is aan C. Wijffels "Directeur der Postzegelver. Ehv." Een laatste adressering dateert uit 1903 en vermeldt de naam van Jos Gooien als "penningmeester der Postzegelclub". Daarna is niets meer over de vereniging bekend.<br /> | ||
Op 10 februari van dat jaar werd in een van de zalen van Hotel Du Commerce op het Stationsplein Philatelistenclub Eindhoven opgericht, die nog steeds actief is. De oprichtingsvergadering stond onder leiding van de bekende verzamelaar notaris H.J.P. Hoffmann. De krant noemde als aanwezigen verder nog dr. van Dijck (de arts J.J.W.R. van Dijck) en de rijksvee-arts C. Nijssen. De heer Kerssemakers (de werktuigkundig ingenieur en machinefabrikant J.A. Kerssemakers) toonde de aanwezigen zijn keurcollectie Nederland en Koloniën. Onder de vergadering meldden zich 21 personen aan als lid en 5 als adspirant.<br /> | '''Philatelistenclub Eindhoven'''<br /> | ||
Het volgende bericht over de Eindhovense filatelisten dateert pas uit 1924! Op 10 februari van dat jaar werd in een van de zalen van Hotel Du Commerce op het Stationsplein Philatelistenclub Eindhoven opgericht, die nog steeds actief is. De oprichtingsvergadering stond onder leiding van de bekende verzamelaar notaris H.J.P. Hoffmann. De krant noemde als aanwezigen verder nog dr. van Dijck (de arts J.J.W.R. van Dijck) en de rijksvee-arts C. Nijssen. De heer Kerssemakers (de werktuigkundig ingenieur en machinefabrikant J.A. Kerssemakers) toonde de aanwezigen zijn keurcollectie Nederland en Koloniën. Onder de vergadering meldden zich 21 personen aan als lid en 5 als adspirant.<br /> | |||
J. Spoorenberg<br /> | J. Spoorenberg<br /> |
Huidige versie van 14 mrt 2016 om 20:23
Schaarse gegevens over vroege Eindhovense filatelisten
De eerste postzegels werden in 1840 in Engeland gedrukt.
In 1852 kregen ook de Nederlanders de mogelijkheid om hun brieven voortaan te frankeren door er een zegel op te plakken. Tot dan toe was het gebruikelijk geweest, dat de geadresseerde het port betaalde. De kleine plaatjes bleken al spoedig gewilde verzamelobjecten. Omstreeks 1860 is voor het eerst sprake van postzegelverzamelaars. In 1884 kon de Nederlandsche Bond van Postzegelverzamelaars worden opgericht, die al een jaar later de eerste Nederlandse postzegeltentoonstelling organiseerde.
We mogen aannemen, dat er ook in Eindhoven al vroeg verzamelaars zijn geweest. Zij zullen met hun loupe, pincet en andere benodigdheden hebben gewerkt onder de olielamp in hun huiskamer. Dat was heel wat minder spectaculair dan de verrichtingen van de zwemmers, de gymnasten en de fietsers, waaraan de krant relatief wél veel aandacht besteedde.
De vroegste aanwijzing dat er in Eindhoven filatelisten waren, dateert uit 1891. Boekhandel Van Piere adverteerde toen met een "catalogus van postzegels vanaf hun ontstaan tot heden". Het boekje was samengesteld door H. Croiset en kostte 90 cent.
Over de verzamelaars zelf kunnen we pas iets lezen in een krant uit 1893. Op 9 februari van dat jaar werd in het Haagsch Koffiehuis op de Markt voor het eerst een postzegelbeurs gehouden. Mede door de aanwezigheid van de heer Stams, een van de belangrijke verzamelaars die Nederland toen kende, werd de beurs een groot succes. De aanwezigen besloten daarom voortaan elke eerste maandag van de maand zo'n beurs te organiseren. Volgens de krant was ook de tweede, begin maart, druk gezocht. Zowel dames als heren dreven er een levendige ruilhandel.
Eindhovensche Postzegelclub
Op bescheiden schaal speelde Eindhoven dat jaar ook landelijk haar rol mee. Op 10 mei 1893 berichtte de Peel- en Kempenbode, dat de bekende verzamelaar P. Raijmakers uit Stratum op de tentoonstelling in Utrecht was bekroond met de tweede prijs klasse D (diploma), "zijnde de inzendingen met het grootste aantal zeldzame zegels".
Op 16 augustus van dat jaar belegden veertien dames en heren uit Eindhoven en omgeving in het koffiehuis een vergadering om te praten over de oprichting van een postzegelclub. Zo'n vereniging bood meer voordelen dan een beurs. Ze zou in contact kunnen treden met andere verenigingen in binnen- en buitenland. Over en weer zouden collecties doubletten kunnen worden toegezonden, die onder de leden zouden kunnen circuleren.
Men besloot een commissie van drie leden samen te stellen om een conceptreglement op te stellen. Leden daarvan werden de wijnhandelaar P. Raijmakers, de landmeter C. Bingen (die op andere gebieden, zoals in de gymnastiekbeoefening, ook al actief was) en de linnenfabrikant C. Beukers.
In september was het concept gereed. Het werd toegezonden aan iedereen die te kennen had gegeven lid van de vereniging te willen worden, terwijl het voor andere belangstellenden bij P. Raijmakers ter inzage lag. Op 2 oktober werd de vergadering belegd waarop de Eindhovensche Postzegelclub officieel werd opgericht en het reglement werd goedgekeurd. Zeventien dames en heren traden direct toe al lid.
In de volgende jaren blijkt de groei van de vereniging uit de omzetcijfers van het rondzendverkeer. In het tweede halfjaar van 1894 werd voor ƒ 105,64 verkocht, in het eerste halfjaar van 1895 voor ƒ 214,42 en in het tweede halfjaar al voor ƒ 356,31. Op 1 januari 1896 telde de club 21 gewone en 45 buitenleden. Daarnaast was er nog een erelid, nl. C. Bingen, die inmiddels naar Delft was verhuisd. Het jaar ervoor hadden tien leden hun lidmaatschap opgezegd en was er een lid overleden. Daartegenover stonden 26 nieuwe aanmeldingen.
Tijdens de jaarvergadering van 1896 werd het aftredend bestuur herkozen. Dat bestond toen uit B. Flander, die directeur van de gasfabriek was, P. Raijmakers en de rijkstelegrafist C. Wijffels.
Hoelang de in 1896 zo bloeiende vereniging heeft bestaan, is niet bekend. De heer G. Raijmakers, die een zoon is van de genoemde verzamelaar, bezit nog wat poststukken die zijn vader heeft bewaard om de postzegels. Uit de adresseringen blijkt, dat P. Raijmakers in 1893 secretaris van de vereniging was. Uit 1900 is een kaart bewaard, die gericht is aan C. Wijffels "Directeur der Postzegelver. Ehv." Een laatste adressering dateert uit 1903 en vermeldt de naam van Jos Gooien als "penningmeester der Postzegelclub". Daarna is niets meer over de vereniging bekend.
Philatelistenclub Eindhoven
Het volgende bericht over de Eindhovense filatelisten dateert pas uit 1924! Op 10 februari van dat jaar werd in een van de zalen van Hotel Du Commerce op het Stationsplein Philatelistenclub Eindhoven opgericht, die nog steeds actief is. De oprichtingsvergadering stond onder leiding van de bekende verzamelaar notaris H.J.P. Hoffmann. De krant noemde als aanwezigen verder nog dr. van Dijck (de arts J.J.W.R. van Dijck) en de rijksvee-arts C. Nijssen. De heer Kerssemakers (de werktuigkundig ingenieur en machinefabrikant J.A. Kerssemakers) toonde de aanwezigen zijn keurcollectie Nederland en Koloniën. Onder de vergadering meldden zich 21 personen aan als lid en 5 als adspirant.
J. Spoorenberg
in: ’t Gruun Buukske 1987-49
Literatuur:
Sandberg H.E.R. en J. Kuitert, 75 jaar Philatelisten Club Eindhoven, 1924-1999, Breugel 1999
Catalogus van de Nationale Postzegeltentoonstelling Philex 1984 Eindhoven, waarin opgenomen: Korte kroniek van de PTT-diensten te Eindhoven, door J. Giphart