Aan de totstandkoming van deze digitale encyclopedie wordt nog gewerkt.

Aertnijs en Van Stekelenborg

Uit De historische en eigentijdse encyclopedie van Eindhoven
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Michael Willem Lucius Josephus Aertnijs

* Eindhoven 31-12-1863
† Amsterdam 19-8-1952

Zoon van genees-heel- en verloskundige Dominicus Josephus Aertnijs (1820-1891) en Maria Theresia Josephina Jacoba Apollonia Verlegh (1830-1902).
Michael verhuisde naar Hatert bij Nijmegen waar hij bierbrouwer werd. Hij verhuisde in 1889 in Den Haag om daar in 1890 te trouwen met Maria Catharina Elisabeth Theresia van Niekerken (1869-1932). In de trouwakte wordt hij automobielhandelaar genoemd. Later verhuisde het paar naar Amsterdam. Een echtscheiding werd echter in 1910 te Amsterdam uitgesproken. In 1910 sloot hij een tweede huwelijk met M.M.C.R. Verweij en noemde zich toen directeur eener automobielfabriek. Hij was gedurende enige tijd directeur van automobielberdrijf Benz & Co in Amsterdam.
Aertnijs was automobielhandelaar en woonde lange tijd in Amsterdam. In het bericht bij zijn overlijden werd vermeld, dat hij de "Officier d’Academie" (een Franse onderscheiding voor verdienstelijke wetenschappers) had ontvangen.

Hilaire Marie Corneille van Stekelenborg

* Eindhoven 23-8-1868
† Eindhoven 19-9-1933

Zoon van wijnhandelaar Hendrik Theodore Cornelius van Stekelenborg (1833-1880) en Johanna Wilhelmina van Rooij (1835-1889).
Hilaire is in 1895 te Stratum gehuwd met Anna Josepha Johanna Borrenbergen (1874-1945). Hij was eigenaar van Wijnhandel Hilaire van Stekelenborg aan de Stratumsedijk.

Onderstaande tekst is overgenomen uit een artikel van J. Spoorenberg in 't Gruun Buukske, jaargang 1987 pagina 20-24.

In 1883 kwam de Nederlandsche Vélocipèdisten-Bond tot stand, die een jaar later werd omgedoopt in Algemeene Nederlandsche Wielrijders-Bond. Ook uit onze omgeving sloten zich een aantal wielerfanaten bij de Bond aan. Op 4 april 1886 richtten enkelen ervan de eerste wielrijdersvereniging in Noord-Brabant op. Zij noemden haar Eindhovensche Wielrijders-Club "De Snelheid" en kwamen overeen elke eerste zondag van de maand een clubrit te maken, een hoornblazer te benoemen en een clubuniform te gaan dragen bestaande uit een veston, een korte broek, een platte pet en een rood-wit gestreept tricotvest. Alleen A.N.W.B.-leden konden lid worden van De Snelheid.

De vereniging telde aanvankelijk acht leden. W.M. Aertnijs werd "captain". Hij was ook lid van de Gymnastiekvereniging "Constantia. De overige bestuursleden waren vice-captain M. van Tulder en secretaris-penningmeester J.A. Rijser. Over de eerste zijn (nog) geen nadere gegevens bekend. De tweede was in 1868 in Amsterdam geboren en een zoon van de directeur van het Eindhovense postkantoor.
De overige leden van De Snelheid waren (de brouwer?) W. Bazelmans, die "over de kerk in Zeelst" woonde, de Stratumse sigarenkistenfabrikant J. Brüning, die in 1863 was geboren in Langendiebach in Duitsland, de Waalrese notaris en burgemeesterszoon J.F. de Vries, die in 1848 in zijn woonplaats het levenslicht had gezien, H.C.M. van Stekelenborg, die in 1868 in Eindhoven was geboren als zoon van een bekende wijnhandelaar en de Nuenense fabrikant A. Waldeck, die een jaar ouder was en van Vught geboortig. Aertnijs, Van Stekelenborg en Bazelmans waren rooms-katholiek, Brüning was gereformeerd en Rijser, De Vries en Waldeck Nederlands-hervormd.

De geschiedenis van De Snelheid is kort geweest maar interessant. Toch is er uit het eerste jaar (1886) nauwelijks iets over de activiteiten van de leden bekend. Wel weten we, dat Aertnijs in mei naar Tiel verhuisde, waarna Brüning hem als captain opvolgde. En verder mogen we aannemen dat de leden bij goed fietsweer hun maandelijkse clubtocht hebben gereden.
In het begin van het volgende jaar kwam er meer leven in de brouwerij. Want toen kwam Aertnijs weer in Eindhoven wonen en die zou al spoedig gaan bewijzen tot de beste renners van Zuid-Nederland te behoren.

Overigens hadden de leden van De Snelheid als rechtgeaarde bondsleden meer idealen dan hard te kunnen fietsen. Zij waren dan ook vertegenwoordigd in het groepje A.N.W.B.-leden, dat nog in december 1886 de Noord-Brabantsche Wielrijderskring oprichtte. Deze nieuwe vereniging, die zich direct als lid aansloot bij de A.N.W.B., wilde het bondswerk in Noord-Brabant gaan stimuleren en de Bond op bescheiden wijze financieel gaan steunen.
Maar daarnaast zou ze onder meer ook clubtochten gaan organiseren en wegwedstrijden. Ze zou zelfs een maandblad gaan uitgeven. Natuurlijk konden alleen bondsleden lid worden van de Kring. In het eerste bestuur hadden Brüning en Rijser zitting. Een jaar later was Aertnijs er lid van.

Op 20 maart 1887 werd door de Kring voor het eerst een wedstrijd gehouden.
De route liep van Breda over Terheyden, Wagenberg en Made naar Geertruidenberg en vandaar over Made en Zevenbergen weer terug naar Breda. Er hadden acht deelnemers ingeschreven. Aertnijs werd eerste met een tijd van 2 uur en 55 minuten; zijn clubgenoot Van Stekelenborg, die 45 minuten meer nodig had, werd derde.
Op 30 mei werd een tweede wedstrijd gereden, dit keer met Stratum als vertrekpunt. Bij herberg 't Leeuwke aan de Geldropseweg werd gestart. Vandaar liep de route over Geldrop, Leende en Maarheeze naar Weert en langs dezelfde weg weer terug, een afstand van ongeveer 60 km. De finish was bij de Stratumse herberg St. Joris. Aertnijs won opnieuw, dit keer met een tijd van 2 uur en 24 minuten. Na afloop van de wedstrijd trokken de renners met hun aanhang voorafgegaan door harmonie Apollo's Lust naar het gebouw van de" harmonie aan de Vestdijk, waar de prijsuitreiking plaatsvond. De dag werd besloten met een diner en een harmonieconcert in de tuin achter het gebouw.

Ofschoon Van Stekelenborg duidelijk minder klasse had dan Aertnijs, droeg ook hij bij aan de roem van De Snelheid. Op 25 augustus behaalde hij de zilveren medaille die de inmiddels opgerichte Bossche Wielrijderskring had uitgeloofd voor elke renner die in die maand een afstand van 100 km zou rijden binnen een tijd van 6 uur. Van Stekelenborg had voor zijn poging de weg Eindhoven-Weert gekozen, die hij bijna tweemaal heen en terug moest afleggen. Hij reed de 100 km (inclusief rustpauzen) in een tijd van 5 uur 50 minuten en 30 seconden.

Twee dagen later nam Aertnijs deel aan een nationale wielerwedstrijd over 100 km in Nijmegen. Slechts twee renners bereikten de finish. Aertnijs werd laatste met een tijd van 5 uur en 43 minuten en kreeg daarom behalve de tweede prijs ook de zilveren medaille van de Bossche kring.
Op 7 september was Aertnijs present in Culemborg, waar een wedstrijd werd verreden over 22% km via Schalkwijk naar Wijk bij Duurstede en terug. Er waren dit keer 14 deelnemers. Aertnijs won met een tijd aan 55 minuten. Op 18 september was hij in Den Bosch van de partij, waar de Noord-Brabantsche Wielrijderskring twee wedstrijden had uitgeschreven: een over 68 km en een over 25 km. Aan beide wedstrijden namen vijf renners deel. Aertnijs won de wedstrijd over 25 km met een tijd van 1 uur en 27 minuten; Van Stekelenborg deed er 22 minuten langer over en werd vierde.
Op 25 september won Aertnijs de wedstrijd over 30 km die de A.N.W.B. had georganiseerd voor niet-Limburgers op de weg Maastricht-Sittard. Hij had een tijd nodig van 1 uur 6 minuten en 44 seconden. Van Stekelenborg werd opnieuw derde.

Als hij geen panne had gekregen, zou Aertnijs tenslotte op 9 oktober ook nog de wedstrijd hebben gewonnen die de Bossche Wielrijderskring had georganiseerd langs de Zuid-Willemsvaart. Maar ofschoon hij de laatste paar honderd meters te voet moest afleggen, was zijn tijd van 1 uur en 15 minuten (over 28,8 km) toch nog goed voor een tweede plaats.
Als de snelheden u intussen niet al te hoog voorkomen, bedenk dan dat Aertnijs en zijn collega's nog op massieve of op cushionbanden moesten rijden. De luchtband zou pas een jaar later door Dunlop worden uitgevonden.

Ook in 1888 werden door de Noord-Brabantsche Wielrijderskring verschillende activiteiten georganiseerd. De Kring had hiervoor een speciale commissie voor reis- en wedstrijdaangelegenheden met afgevaardigden uit de afdelingen waarin de provincie verdeeld was. Die afdelingen lijken aanvankelijk Den Bosch, Breda, Eindhoven, Tilburg en Helmond/Cuijk te zijn geweest, maar al in 1888 is sprake van een gecombineerde afdeling Eindhoven/Helmond. Daarnaast was er nog een afdeling voor buitenleden.

In 1888 telde de Kring 117 leden. Zowel Aertnijs als Rijser en Van Stekelenborg vond ik vermeld als aanwezigen op de afdelingsvergaderingen. Zij waren dus nog steeds geïnteresseerd in het wielergebeuren. Desondanks hadden zowel Aertnijs als Van Stekelenborg besloten te stoppen met rennen. Van Stekelenborg bood om die reden op 14 april in de krant zijn "Sparkbrook veiligheidswieler" te koop aan, waarop hij het jaar ervoor drie prijzen had gewonnen. Toch zou hij op 19 september 1888 in Den Bosch nog deelnemen aan een wedstrijd voor renners die nog nooit een eerste prijs hadden gewonnen. Maar hij had ook toen geen succes, want hij werd tweede.

Jos Hüsken 2016

Bronnen:
Bovenstaande geschiedenis van wielervereniging De Snelheid is een onderdeel van het artikel "Fietsen in Eindhoven", geschreven door:
J. Spoorenberg
in: 't Gruun Buukske 1987 19-47