Aan de totstandkoming van deze digitale encyclopedie wordt nog gewerkt.
De Blauwe Geit / 's-Hertogenbosch
’s-Hertogenbosch, huisnaam
De Blauwe Geit, huisnaam
Momenteel op de locatie Demer 36
Op 2 mei 1682 koopt Joan van de Ven een huis en hof, bestaande in twee woningen aan de Demer1. De belendingen worden in deze akte vermeld: aan de ene zijde staat het huis van Dirck Swillens, aan de andere zijde loopt de Gender. Voor ligt de Demer en achter het “Stadserf”.
In deze akte wordt geen melding gemaakt van een huisnaam, maar jaren later verkopen de kinderen en erfgenamen van deze Joan van de Ven het huis, achterhuis en hof op de Demer aan Peter van der Heijden. Daarbij wordt wel een huisnaam vermeld: S-Bosch. Het huis wordt op 26 oktober en 9 november 1726 via een openbare veiling verkocht. De verkoopakte wordt op 11 december 1726 gepasseerd voor de schepenen2.
Wat vaker gebeurde in de voorbij eeuwen, wordt bij een volgende verkoop van het huis bevestigd. De huisnaam “’s-Hertogenbosch” is dan gewijzigd in “De Blauwe Geit”. Dit is geen vermoeden, maar wordt in de verkoopakte vastgelegd.
Op 5 december 1772 wordt het huis door Johanna van der Heijden en haar man Gerardus Smits verkocht3. Het huis is hun eigendom geworden via een testament van Peter van der Heijden, opgesteld op 10 september 1772. Peter is inmiddels dus overleden. In de akte wordt dan vermeld: “huis, achterhuis, erf en hof van ouds genaamd ’s-Hertogenbosch en thans genaamd De Blauwe Geijt op de Demer”. Als buren van dit huis worden genoemd: Antoni Smits en Henricus Habraken. Achter begrensd door de Stadsvest. De Gender wordt dus niet als een van de belendingen genoemd.
Op 3 maart 1799 verkoopt Wilhelmus van der Heijden zijn erfdeel in het pand aan Judocus van der Heijden. Daarbij worden als buren vermeld: Jan Nicolaas Smits en Henricus Habraken. Achter wederom begrensd door de Stadsvest4.
Dat hier sprake is van het huis De Blauwe Geit wordt bevestigd in de eerste kadastrale noteringen. Circa 1832 wordt in de eerste legger van het kadaster vermeld, dat de erfgenaam van de overleden Judocus van der Heijden eigenaar van het pand is5. Het geheel bestaat dan uit een huis met erf, een ververij en een tuin. Zuidelijk van het huis aan de Demer stroomt de Gender. Om zekerheid te krijgen wordt gecontroleerd, welke namen de buren dragen. Aan de ene zijde Hendrik Smits, de bierbrouwer uit het huis De Oranjeboom, staande aan de overzijde van de Gender. Aan de andere zijde Willem van de Heijde, die gehuwd is met Maria Habraken. De namen sluiten dus naadloos aan6.
De familie Van der Heijde bleef eigenaar van het pand, de ververij en de tuin tot 1919. Vervolgens wordt het pand eigendom van slager Jacobus Spoorenberg. Die heeft het pand verhuurd, want tot 1934 heeft W. Janssens-Kitselaar hier het "Stoffenhuis". Vervolgens (van 1934-1942) treffen we hier “Verheugens’ Automatic” aan. Aan de overzijde van de straat bezat Verheugen een lunchroom7.
Het verhaal van het pand eindigt in 1942, als tijdens een geallieerd bombardement zonder opzet nagenoeg de volledige Demer met alle huizen worden verwoest waarbij talloze slachtoffers vallen.
noten:
1- RHCe archief van de schepenbank inventarisnr. 1599-024
2- RHCe archief van de schepenbank inventarisnr. 1722 en 1604-067
3- RHCe archief van de schepenbank inventarisnr. 1611-117
4- RHCe archief van de schepenbank inventarisnr. 1621-173 verso
5- Perceel A630, 631 en 631a.
6- Bevolkingsregister 1814 folio 152
7- Digitale woningkaarten van Marjo Spierings
Jos Hüsken 2017