Aan de totstandkoming van deze digitale encyclopedie wordt nog gewerkt.

Willem van Horne

Uit De historische en eigentijdse encyclopedie van Eindhoven
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Willem van Horne sr.

In het begin van de 13e eeuw verschijnt in het voetlicht het broederpaar Engelbert en Willem van Horne. In 1212 worden deze twee broers voor het eerst genoemd als getuige in een oorkonde van hun oom Dirk III, heer van Altena, en diens eerste vrouw Maria. Uit dit feit valt op te maken dat beiden dan minstens de leeftijd van 14 jaar moeten hebben gehad.(3)

stamboom van Boudewijn, tabel 1

Hun moeder was een zuster van Dirk III, heer van Altena. We kennen haar naam niet, maar volgens de traditie heette zij Margareta.(4) Om die reden plaats ik in dit artikel haar naam tussen haakjes. Het broederpaar had waarschijnlijk ook nog een zuster Clementia, die in 1230 wordt genoemd als vrouw van Gerard, heer van Malberg. In of kort voor 1234 is zij reeds overleden.(5)
Als hun vader wordt meestal een Willem van Horne genoemd of diens broer Engelbert, hierover bestaat nog geen zekerheid.(6) In 1189 was een Willem van Horne een vooraanstaande getuige in een oorkonde van Rutger van Merum, en in een oorkonde van 1191 getuigde hij waarschijnlijk opnieuw als een van twee niet met voornaam genoemde Van Horne-broers. Engelbert van Horne was waarschijnlijk de andere broer die in de oorkonde van 1191 werd vermeld. Engelberts andere vermeldingen dateren van ca.1196 en uit 1203.(7)
Juist omdat Willem van Horne in de oorkonde van ca.1196 en later ontbreekt en zijn "getuigeplaats" door Engelbert is overgenomen, veronderstelt Klaversma dat Willem van Horne tussen 1191 en ca.1196 is overleden.(8) Met betrekking tot het vaderschap van de gebroeders spreekt hij zich niet uit, hij vermeldt beide mogelijkheden.

stamboom van (Engelbert van Horne), tabel 2

De tussen haakjes weergegeven jaartallen hebben betrekking op de vermeIdingsjaren van deze personen. Hoewel Klaversma zich op de vlakte houdt, is het toch mogelijk om, mede met zijn gegevens, zekerheid te verkrijgen. Hun moeder (Margareta) hertrouwde met de weduwnaar Otto II, heer van Wickerode, en kreeg bij hem nog minstens twee kinderen van wie Dirk en Rutger van Wickerode met naam bekend zijn.(9)
De in Nederland gebezigde naam Van Wickerode wordt in het Duits als Von Wickrath geschreven. Wie onderzoek doet naar Middeleeuwse families komt vaak uit bij een bekend Duits naslagwerk: de "Europaischen Stammtafeln".(10) Deel VII (Neue Folge) tafel 142 vermeldt "Die Herren von Wickrath, aus dem Haus der Grafen von Ahr". Op deze genealogische tabel staat met betrekking tot Otto II de volgende informatie:

stamboom van (Adelheid), tabel 3

Als we bedenken dat (Margareta)'s kinderen uit haar eerste huwelijk in 1212 minstens 14 jaar zijn, dan kunnen we in ieder geval daaruit afleiden, dat Engelbert en Willem in 1198 of eerder geboren zijn. Volgens bovenstaande informatie is Otto II van Wickerode na de dood van zijn tweede vrouw in 1226, hertrouwd met hun moeder en heeft hij daarbij nog twee zonen verwekt die respectievelijk in 1229 en 1233 voor het eerst worden vermeld. Dit gegeven, alsmede de vermeldingen (1203-1242) (11) van (Margareta), scheppen ernstige twijfel aan de juistheid ervan.
De eerste optredens van Dirk en Rutger van Wickerode in 1229 en 1233 zijn een aanwijzing dat deze gebroeders, weer uitgaand van de minimale 14-jarige leeftijd, respectievelijk in 1215 en 1219 of eerder geboren moeten zijn. Er is geen enkele aanleiding om Dirk en Rutger als buitenechtelijke kinderen van (Margareta) en Otto II te beschouwen. Eberhard Quadflieg en G. Aders (12) geven in een andere bron over Alveradis de volgende afwijkende informatie:

stamboom van Alveradis

Veel schieten we er niet mee op, want Alveradis van Maubach is ook hier nog te lang in leven. Bovendien staat het vast dat deze Alveradis onmogelijk de moeder van Dirk en Rutger kan zijn. Indien (Margareta) van Altena zowel de moeder was van Engelbert en Willem van Horne, als van Dirk en Rutger van Wickerode, dan is er maar een oplossing: (Margareta) van Altena was de tweede echtgenoote van Otto II van Wickerode. Ook Klaversma komt tot deze veronderstelling: "Alles wijst er op, dat de moeder van Willem en Engelbert van Horne, een tweede huwelijk aanging met Otto, heer van Wickerode, voor wie het waarschijnlijk ook het tweede huwelijk is geweest".(13)

Alveradis, erfdochter van Maubach, was als weduwe van graaf Willem van Gulik ongetwijfeld in het bezit van een weduwegoed. Hoewel zij ouder was, vormde zij toch een goede huwelijkspartij voor de jongere weduwnaar Otto, die al nageslacht had. Otto had uit zijn eerste huwelijk minstens drie en uit zijn tweede huwelijk minstens twee kinderen. De kans is groot dat er naast zonen ook nog dochters waren.
Klaversma veronderstelt dat Clementia, de vrouw van Gerard van Malberg, een zuster was van Engelbert en Willem van Horne. Het is echter heel goed mogelijk, dat ze een halfzus van de broers was. Van Clementia is een zoon met naam Otto bekend.(14) Helaas helpt ons dit niet veel verder, omdat ook in de familie Van Malberg de voornaam Otto voorkwam.(15) Toch voel ik veel voor de opvatting dat Clementia gezien moet worden als een halfzus. In de tijd waarover wij nu spreken was het de gewoonte dat adellijke dochters al vroeg werden uitgehuwelijkt of in een klooster werden ondergebracht. Het Middeleeuwse canonieke recht bepaalde de minimale huwelijksleeftijd van de vrouw op 12 jaar en die van de man op 14 jaar.(16) Het huwelijk werd daarentegen pas voltrokken na de eerste menstruatie van de vrouw.
Hoewel Zondervan constateert dat de "procreatieve" leeftijd van de vrouw toen tenminste op 16 è 17 jaar lag,(17) ben ik van mening dat het veiliger is om voor de huwelijkse leeftijd een ruimere marge te nemen en te stellen dat adellijke dochters huwden tussen hun 15e en 20e jaar.(18) Clementia was gehuwd met Gerard, heer van Malberg.
Beiden zien we het voor eerst in een oorkonde van 1230 in samenhang met de Van Homes. Als Clementia een volle zus zou zijn geweest van Engelbert en Willem van Horne, waren we haar en haar echtgenoot, mijns inziens, al veel eerder tegengekomen als getuige of belanghebbende, in een Van Horne- of Van Altena-oorkonde. De persoonsnamen Dirk en Rutger, van de twee halfbroers Van Wickerode, doen op het eerste oog ook vreemd aan, omdat namen als Boudewijn en Willem of Engelbert (naar grootvader en eerste echtgenoot) eerder voor keuze in aanmerking zouden komen. Misschien zijn kinderen met deze naam jong overleden. Kindersterfte is een grote onbekende factor in genealogisch onderzoek, en daarvoor hoef je nog niet eens af te dalen naar de Middeleeuwen.
Een andere onbekende factor is natuurlijk de mogelijkheid, dat er dochters en zonen in kloosters zijn ingetreden.(19) Door gebrek aan bewaardgebleven informatiebronnen, onbekendheid met of gebrek aan ontsluiting van archieven in binnen- en buitenland blijft het menigmaal behelpen met het samenstellen van een volledige genealogie. Mijns inziens is er daarom voldoende reden om te veronderstellen dat uit (Margareta)'s tweede huwelijk minstens drie kinderen verwekt zijn, waarvan we met zekerheid Dirk en Rutger kennen. Otto van Wickerode zal rond 1208 hertrouwd zijn.
Door o.a. Klaversma wordt verondersteld, dat de drie oudste zonen: Lotharius, Hendrik en Otto uit zijn eerste echtverbintenis stammen, omdat deze drie op generlei wijze in verbinding te brengen zijn met de gebroeders Willem en Engelbert van Horne.(20) Een niet eerder opgevoerd argument, als onderbouwing van Klaversma, is gelegen in het feit dat rond 1295 een Ludolf van Wickerode (kleinzoon van Lotharius) huwde met Irmgard van Cranendonck (kleindochter van Engelbert).(21) De belangrijkste middeleeuwse huwelijksbelemmering was het verbod op een huwelijk tussen personen die in de vierde graad of minder aan elkaar verwant waren.(22) Uitgaande van het gegeven dat broer en zus in de eerste graad, neef en nicht in de tweede graad, achterneef en achternicht in de derde graad verwant zijn, is het duidelijk dat Lotharius van Wickerode geen zoon van (Margareta) van Altena kan zijn.
Als Otto II van Wickerode ca.1208 hertrouwde, zal zijn tweede echtgenote (Margareta) van Altena in of kort voor 1207 overleden zijn.

stamboom van Otto II, tabel 4

Het is niet te verwachten dat Otto zich haastig in een derde huwelijk begeven zal hebben. Hij zal vermoedelijk wel goed rondgekeken hebben naar aantrekkelijke huwelijkspartners. In 1207 stierf graaf Willem van Gulik en in 1210 was Otto al met zijn weduwe gehuwd. Het jaartal 1208 (Quadvlieg) is derhalve als huwelijksschatting nog niet zo gek. Als 1208 het jaar van Otto's hertrouwen is, dan mogen we verwachten dat (Margareta) van Altena rond 1207 of wellicht eerder zal zijn overleden.
Combineren we de volgende gegevens:
1. een overlijdensjaar van ca.1207 of eerder voor (Margareta) v.Altena;
2. drie kinderen uit haar tweede huwelijk: Dirk, Rutger en Clementia;
3. de waarschijnlijkheid van meer kinderen, gezien de ongewone naamsvernoemingen, de onbekende kindersterftefactor en mogelijke jeugdige klooster-intreding;
4. een ruimte van anderhalf tot twee jaar tussen de opeenvolgende kinderen (inclusief mogelijke miskramen);
dan komen we uit op een datering van rond 1200 voor (Margaretha)'s hertrouwen na haar eerder huwelijk met Willem van Horne (+ voor 1196) of diens broer Engelbert (+ na 1203).
Tegen het bovenstaande kan ingebracht worden dat het derde gegeven niet van toepassing hoeft te zijn en dat bij het vierde gegeven de tussenliggende ruimte tussen de opeenvolgende kinderen ook minder kan zijn geveest. Dat klopt, maar daarnaast weten we ook niet precies wanneer Engelbert van Horne, die in 1203 (na 1 okt.) nog als getuige voor de graaf van Gelre fungeerde, gestorven is.
Zelfs al zou Engelbert nog in 1203 zijn gestorven, dan nog moest (Margareta) negen maanden wachten om te kunnen hertrouwen. Stel dat ze in de tweede helft van 1204 hertrouwd en aangeteld is, dan is de periode van 1205 tot ca.1207 of eerder, krap geteld voor het baren van minstens drie kinderen.
Daarbij komt Klaversma met een vijfde argument: "Dat de oudste zoons van haar kinderen beiden Willem heetten, pleit voor een huwelijk met een Willem van Horne". Klaversma vervolgt zijn bewering met "maar door de toenmalige enorme kindersterfte en het intreden in kloosters, heeft argumenteren met voornamen slechts een beperkte waarde".(23) Dit voorbehoud is begrijpelijk, indien enkel uitgegaan wordt van de persoonsnaam Willem.
Gezien het voorgaande zijn er echter nu een vijftal argumenten aangedragen voor een duidelijke en definitieve uitspraak: Willem van Horne was de vader van het broederpaar Engelbert en Willem van Horne. Als vader Willem van Horne sr. inderdaad tussen 1191 en 1196 is overleden, zoals Klaversma veronderstelt, kan (Margareta) van Altena's hertrouwen al ruim voor 1200 dateren (dus ca. 1196/1200). Het huwelijk tussen Willem van Horne sr. en (Margareta) van Altena kan derhalve op ca.1190 geschat worden. Door deze schattingen is het ook mogelijk om zus Clementia definitief onder de kinderen van Otto II van Wickerode te scharen. Was zij een dochter van Willem van Horne sr. en (Margareta) van Altena geweest dan zou ze al rond 1210 zijn gehuwd en was zij of haar man ongetwijfeld genoemd in de oorkonde van 1212 waarmee we deze paragraaf zijn begonnen. Het bovenstaande valt nu samen te vatten in afbeelding 5.

Samenvatting
In het voorgaande is vast komen te staan dat Willem van Horne sr. de vader moet zijn van de gebroeders Engelbert en Willem van Horne. Hun moeder (Margareta) van Altena hertrouwde met de weduwnaar Otto II, heer van Wickerode, voor wie het ook zijn tweede huwelijk was. Clementia, echtgenote van Gerard van Malberg, is naar alle waarschijnlijkheid een Van Wickerode, en derhalve een halfzus van de voornoemde broers.
Bovendien is het zeer goed mogelijk dat Engelbert van Horne de oudste was van de twee gebroeders. Rutger van Merum was een verwant van enerzijds Willem van Horne sr. en anderzijds van de familie Van Altena. Deze verwantschap valt te verklaren doordat Rutger waarschijnlijk een zwager van Willem van Horne was, alsmede net als de Van Altena's afstamde van de graven van Duras.

Noten
3. Klaversma (1978) 40: "minderjarig dus minstens 14 jaar". Een leeftijd van 15 Jaar kom je ook wel eens tegen maar dat is slechts een nuanceverschil, want op je 14e verjaardag begin je met je 15e levensjaar. Deze leeftijd heeft waarschijnlijk te maken met het feit, dat jongens volgens het canonieke recht vanaf hun veertiende jaar als geslachtsrijp gelden. Zie ook noot 16.
4. Klaversma (1978) 49.
5. Klaversma (1978) 30, 48, 49.
6. Klaversma (1969) 13 en Klaversma (1978) 49.
7. Klaversma (1969) 10 en Klaversma (1978) 49.
8. Klaversma (1978) 49.
9. In 1969 veronderstelde Klaversma, dat de broers Engelbert en Willem van Horne beiden met een zuster van Dirk en Rutger van Wickerode waren gehuwd. In Klaversma (1978) 50 noot 223 staan verschillende argumenten voor de opvatting dat Dirk en Rutger halfbroers van de Van Horne-broers moeten zijn, een gegeven dat Dekkers over het hoofd heeft gezien.
10. Europalsche Stammtafeln zur Geschlchte der Europalschen Staaten, Neue Folge Band VII , Tafel 142 (1979). Band VI, Tafel 63 vermeldt Die Herren und Grafen von Horn in Horn, Altena etc., und in Perwez, und die Herren von Cranendonk a.d. Haus der Grafen von Horn.
11. Deze vermeldingsjaren heb ik tot dusver nog nergens bevestigd gezien. De artikelen van Klaversma geven hier ook geen informatie over.
12. Eberhard Quadflieg, Genealogie der Grafen von Limburg-Styrum sowie Ihrer direkten Vorfahren, Tafel 3b (blz. LXXIV). Zie ook G. Aders: Kapitel B; Die Herren und Grafen von Saffenberg (blz. 17). Beide bijdragen opgenomen in Die Grafen van Limburg Stirum, Teil 1, Band 1 (1976).
13. Klaversma (1978) 49.
14. Klaversma (1978) 49, noot 221. Heer Otto van Malberg Is In 1285 getuige als het patronaat van Heeze en Leende door, Willem, heer van Horne aan het klooster Keysersbosch wordt gegeven.
15. Oorkondenboek van Holland en Zeeland tot 1299, dl 1, (1970): nr 165, Otto junior van Maldberg Is in 1172 getuige in een oorkonde van bisschop Godfried van Utrecht; nr 168, Otto de Malberg is in 117(4) getuige voor bisschop Godfried.
16. Dr. E.M.F. Koch, De kloosterpoort als sluitpost?, adellijke vrouwen langs Maas en Rijn tussen huwelijk en convent 1299-1600, (1994) 139 noot 34 met verwijzing.
17. J.W. Zondervan, "De vrouwen van Randerode en van Zandenburg (Veere)", De Neder landsche Leeuw CX (1993) 483. Een mooi voorbeeld van enkele kort op elkaar volgende vrouwelijke generaties vormen de volgende dames: Jutta van Borselen huwde in 1271 met Hendrik van d;er Leek; Agnes van der Leek huwde (ca 1285) met Arnold van der Sluis; Jutta van der Sluis huwde (ca. 1300) met Wolter van Keppel.
18. Noot 17 is een mooi voorbeeld van het uithuwelijken van een dochter rond haar 15e jaar. In het volgende voorbeeld valt een periode van ca. 20 Jaar te constateren: hertog Hendrik I van Brabant huwde in 1213 met Maria van Frankrijk; zijn oudste dochter EIisabeth huwde in 1233 met Dirk van Kleef-Dinslaken; hun oudste dochter Mechtild huwde in 1253 met Gerard van Luxemburg-Ourbuy; hun oudste dochter Irmgard huwde in 1272 met Gerard van Blankenheim. De leeftijd kan dus van familie tot familie verschillen. Omdat we meestal niet met zekerheid weten of de oudste dochter ook het eerstgeboren kind uit het gezin was, lijkt een generatiebreedte van 20 jaar op zijn plaats. Deze generatiebreedte dient gezien te worden als de tijd tussen het trouwjaar van de ouders en dat van de oudste dochter. Deze periode van 20 jaar lijkt mij een praktische richtlijn bij adellijke en gegoede burgerlijke families. De oudste dochter, kan in dergelijke gevallen bij haar huwelijk toch pas een 15 à 20-jarige leeftijd hebben.
19. Uit de studie van Koch blijkt, dat de vrouwenkloosters minimumleeftijden hanteerden van 5 tot 15 jaar. Uit enkele voorbeelden blijkt ook, dat daar weleens van afgeweken werd. Zo woonden in 1336 in het klooster in Thorn twee kanunnikessen van resp. 2 en 4 Jaar. Koch, 109-117.
20. Klaversma (1978) 49-50.
21. Drs. P. Avonds en drs. H. Brokken, "Heusden tussen Brabant en Holland (1317-1357), Analyse van een grensconflict", Varia Historica Brabantica IV (1975) 28 en 32-36. Europaischen Stammtafeln, Neue Folge VIl: Tafel 142, Die Herren von Wickrath aus dem Haus der Grafen vön Ahr.
22. L.J. van Apeldoorn, Geschiedenis van het Nederlandsche huwelijksrecht (MCMXXV) 156 en 157.
23. Klaversma (1978) 49 noot 220.

Bovenstaande tekst is integraal overgenomen van de bijdrage door de heer P. Vogels
JH 2021